Carolien Vos is een bekend gezicht voor de bewoners van Residentie Moller. Ze heeft twee functies. Naast haar keukenrol, als chef-kok van het residentiële restaurant, laat ze haar glimlach ook regelmatig vóór de schermen zien: Carolien is ook host. Ze vertelt over haar werk en hoe het ‘meant to be’ was tussen Residentie Moller en haarzelf.
Carolien is veertig lentes jong en werkt sinds september 2021 bij Residentie Moller. Ze had best een half jaartje eerder – dus direct na de ingebruikname van het gebouw – willen starten, maar daar kwam iets tussen. “Voordat ik hier startte, werkte ik bij Prins Heerlijk in Tilburg waar jonge mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt leren en werken. Heel mooi en dankbaar werk, maar ik was het dagelijks pendelen tussen mijn woonplaats Waalwijk en Tilburg beu. Ik vind autorijden erg leuk, maar niet als ik op drukke tijdstippen naar mijn werk moet rijden.”
Toen ze zag dat Residentie Moller een chef-kok zocht, had ze al snel belangstelling. “Ik woon vlak bij de residentie, dus ik wist goed dat er hier iets moois werd gebouwd. Daar had ik wel oren naar: werken in een nieuwe omgeving, op loopafstand van mijn huis. Daar waagde ik dus een briefje aan.”
Sollicitatie
Haar sollicitatiebrief werd al snel beantwoord met een uitnodiging voor een gesprek. Maar dat gesprek kwam er niet. “Op de datum waarop het gesprek was gepland, moest ik kookles geven aan jongeren. Vanwege corona had ik hen een half jaar niet gezien en ik wilde ze niet in de steek laten. De kans ging dus voorbij. Jammer, maar tegelijkertijd geen ramp. Ik had een leuke baan. Alleen de reisafstand stond me tegen.”
Toch bleef Residentie Moller door Caroliens hoofd spoken. Gelukkig voor haar kwam er een nieuwe kans: Residentie Moller zette opnieuw een culinaire vacature uit. En opnieuw reageerde de Waalwijkse. Dit keer waren er geen obstakels van planmatige aard. Wél was er direct een klik. Lang verhaal kort: sinds september 2021 werkt Carolien bij Residentie Moller. “Blijkbaar was het meant to be.”
Afwisseling
Of ze het naar haar zin heeft aan de Waalwijkse Burgemeester Moonenlaan? Dat zou een understatement zijn. Tijdens het praten over haar werk verdwijnt de lach geen moment van haar gezicht. “Ik werk hier tweeëndertig uur per week. Ongeveer vierentwintig uur ben ik actief in de keuken, of in elk geval bezig met taken die bij de rol van een chef-kok horen, zoals inkopen en mise-en-place. De rest ben ik vóór de schermen actief als host. Dan maak ik een praatje met bewoners, verwelkom ik gasten of doe ik conciërgetaken. Die afwisseling maakt mijn werk zó leuk!”
Op werkdagen kookt Carolien voor tussen de twintig en dertig eters per dag. Dat worden er nog wel wat meer, voorspelt ze. “Op het moment zijn er dertig woningen bewoond. Er zijn nog ongeveer vijftien lege appartementen. Wanneer die eenmaal bewoond zijn, gaat het dus ook wel drukker worden. Als het goed is, wordt het ook in de keuken wat drukker. We zijn sinds kort een erkend leerbedrijf, dus voor jonge mensen die het vak willen leren staan de deuren open.”
“We zijn sinds kort een erkend leerbedrijf, dus voor jonge mensen die het vak willen leren staan de deuren open.”
Dankbare eters
Carolien beschrijft haar gasten – vooral bewoners en hun bezoekers – als dankbare eters. “Ik probeer altijd lekker en gevarieerd te koken. Twee keer per week staat er een dagspecialiteit op het menu. De vorige week was dat de ene dag een gebakken roodbaars met venkel en rood fruit als dessert. De andere keer oosterse kippenstoof met salade. Wat ik kook, is afhankelijk van het seizoensaanbod en de aanbiedingen. Natuurlijk probeer ik de ingrediënten scherp in te kopen, zodat het voor iedereen betaalbaar blijft. Ik moet zeggen dat mijn gerechten altijd wel in de smaak vallen. Tenminste, ik krijg de borden altijd leeg terug en dat is meestal een goed teken. Al zijn sommige gerechten nog iets te gewaagd. Mijn recente risotto was bijvoorbeeld geen schot in de roos. Te kleverig, volgens sommigen, al is dat ook wel een eigenschap van risotto. Ach, daar leer ik ook weer van”, lacht ze.
Nu corona – hopelijk definitief – achter ons ligt, is Residentie Moller een levendige omgeving geworden. “Er wordt van alles georganiseerd. Bewoners geven steeds vaker een feestje en vaak vragen ze ons om de catering te regelen. Verder is er een zangkoor en er zijn bridgemiddagen en jeu de boules-toernooien. We houden elkaar lekker bezig, maar het is wel vrijheid, blijheid. Heeft een bewoner een keer geen trek in gezelschap? Dan blijft hij of zij gewoon thuis. Geen enkel probleem.”
Oprecht geïnteresseerd
Kortom: Carolien werkt met veel plezier bij Residentie Moller. “Het is hier echt een gezellige plek. Dat begint al wanneer ik binnenkom. Bewoners en collega’s zijn heel sociaal en informeren vaak hoe het met me gaat. Andersom doe ik dat natuurlijk ook. De mensen zijn oprecht geïnteresseerd en erg hartelijk. Ik heb er sinds ik hier werk heel wat lieve opa’s en oma’s bij, haha.”